Door 12 provincies fietsen in 1 dag. Casper ging de uitdaging aan

door

In 1 dag alle 12 provincies doorkruisen? Dat klinkt als een pittige uitdaging. En dat is het ook. Een ware aanslag op lichaam en geest. Onze redacteur Casper Kuijpers kan erover meepraten. Samen met een vriend heeft hij deze uitdaging succesvol volbracht. Wij vroegen hem naar z’n bevindingen. In dit artikel lees je zijn verhaal en geeft hij praktische tips. Van de maandenlange voorbereiding tot aan de glorieuze finish. Het woord is aan Casper…

Na mijn eerste rit van 200km besloot ik om een bikefitting te ondergaan. In gesprek met de specialist vertelde ik trots over mijn afstandsrecord dat ik de week ervoor had gevestigd. Niets afdoend aan mijn prestatie vertelde de beste man dat zijn fietsgroepje afgelopen zomer door heel Nederland was gefietst. Niet in een week tijd maar in één dag! Ik had eerlijk gezegd nooit gedacht dat het überhaupt mogelijk was om zo lang achter elkaar door te fietsen. Zijn verhaal inspireerde me. Een perfect afgestelde racefiets rijker, belde ik direct mijn fietsmaatje op. Zo gezegd zo gedaan, deze uitdaging gaan wij aan!

Het plannen van de epische wielertocht

Als nog vrij onervaren wielrenners hebben we onder het genot van een biertje een grove schets gemaakt. Wat hebben we allemaal nodig? Een route, een fiets, eten en drinken, bandjes, inbussleuteltjes, fietskleding, fietstassen, en niet geheel onbelangrijk; een dijk van een conditie. De ‘plan de campagne‘ stond in de stijgers.

Een goede voorbereiding is het halve werk

Wat volgde waren vele fietstochten. Na het lezen van artikelen, bekijken van YouTube video’s en een dosis gezond verstand, kregen we steeds meer inzicht in de juiste manier van trainen. Wat nou echt essentieel gereedschap is om mee te nemen en wat te eten tijdens (extreem) lange tochten. In een notendop betekende dit enerzijds duurtraining (ritten van ongeveer 4 uur) en anderzijds ons basistempo opschroeven door middel van intervaltraining.

‘If you crave it, eat it’

Een leuke ontdekkingsreis, want waar ik voorheen vooral hard wilde fietsen en alleen suiker wist weg te werken, merkte ik bij duurtraining al gauw dat ik geen zin had in mijn energiereep, maar ontzettend veel trek had in een vette hap. Een van de lessen die ik van extreme duursporters heb onthouden; ‘if you crave it, eat it’. Je lichaam geeft aan wat het nodig heeft, dus in plaats van de snoepreep of koffie met gebak; een lekkere vette vis of een mandje bruin fruit bij terugkomst.

Na 2 maanden voorbereiding was het dan eindelijk zover. We hadden de weersverwachting goed bekeken en vooral ook een inschatting gemaakt van de te verwachten wind. Zo hebben we bepaald of we het rondje linksom of rechtsom gingen fietsen. Daarnaast hadden we besloten om in de middag te vertrekken om zo ‘fit’ mogelijk de nacht door te fietsen. Of dit een verstandig idee was weet ik nog steeds niet, maar er was in ieder geval een plan.

De start van de fietstocht

Om 17.11u was het dan zover. Bepakt met kleren, veel eten, tools en een reserve bandje. Wij zijn er klaar voor. Vanuit Nijmegen fietsten we richting het westen. De provincies Gelderland, Limburg, Brabant en Zeeland waren als eerst aan de beurt. Met verve trapte we 150 kilometer weg en maakte we onze eerste stop bij een tankstation om ons rantsoen aan te vullen. Op dat moment waren we namelijk al door de helft van onze etensvoorraad heen. We waren wat zuinig met het aanvullen, want je wilt natuurlijk niet teveel gewicht meesjouwen.

Na de zuidelijke provincies door naar Noord-Holland

Na Zeeland te hebben aangetikt, koersten we door richting noordoost. De zon was inmiddels ver achter de horizon verdwenen. Onder de rook van Rotterdam streepte we Zuid-Holland af en in de buurt van Gouda, met een ruime 200 kilometer op de teller, begon het zwaar te worden. Niet conditioneel, maar slaap was het probleem. Met pijn en moeite lukte het om de ogen open te houden en door te fietsen. Koffie? Goed idee, maar vind maar eens een plekje om 3:00 uur ’s nachts. Gelukkig, toen de eerste zonnestralen zich weer aan de horizon voordeden was ik direct klaarwakker. Mijn compagnon wist me te vertellen dat het te maken had met cortisol en melatonine. Op dat moment begreep ik er vrij weinig van, maar ik tekende er voor.

De volgende uitdaging deed zich een klein uurtje later voor. Het is 5 uur in de ochtend, ons eten en drinken is op, we fietsen de Hollandse brug op richting Flevoland om via de dijk naar Lelystad te fietsen. In geen velden of wegen een supermarkt te bekennen en de wind steekt, tegen verwachting in, al vroeg op vanuit het noorden. Op ons tandvlees met snelheden van onder 25 km/h, twee uur lang tegen de wind in richting Lelystad waar we bij het eerste tankstation onszelf konden trakteren op alles waar we maar zin in hadden. Een half pak autodrop per persoon bracht ons weer op de been waarna we onze koers vervolgde richting Friesland en ons meeste Noordelijke keerpunt, provincie Groningen.

De wind eindelijk mee

Een scherpe bocht naar rechts bracht ons in zuidelijke richting. Eindelijk hadden we de wind mee! Niet alleen fysiek, maar ook mentaal was dit een flinke boost. De snelheidsmeter piekte weer regelmatig boven de 30 km/h en in plaats van achter elkaar in het wiel te moeten kruipen, te schuilen voor de wind, konden we weer gezellig naast elkaar fietsen om moed in te spreken voor de laatste 200km.

Drenthe gepasseerd, Overijssel overleefd, we kwamen weer op bekend terrein. Nog 100 km te gaan. In gedachte zeg ik tegen mezelf, we zijn er bijna. In praktijk betekende dit nog 4 uur doortrappen. Pure fietstijd. Daar zijn alle nodige stops nog niet in meegerekend. De pauzes om te rekken, proviand in te slaan en niet te vergeten, de sanitaire onderbrekingen.

Kop over kop tot het bittere eind

Het werd nu een ware slijtageslag. De knieën deden bij elke trap pijn, dus dan maar een lichter verzetje en hogere cadans. De polsen en handen begonnen bij elk hobbeltje steeds harder te protesteren. Om de haverklap had een van ons het briljante idee de handdoek in de ring te gooien waarop de ander dan het initiatief maar pakte en even op kop ging rijden. Hier sleepten we elkaar letterlijk en figuurlijk door de laatste kilometers heen.

Het verlossende einde in zicht

Nog 50 km te gaan. Het terrein voelt nu als thuiskomen. We naderen de Posbank, een van onze favoriete trainingsrondjes. Het kon nu niet meer mis gaan, ons einddoel binnen handbereik. De vermoeidheid en pijntjes verdwenen als sneeuw voor de zon en tijdens ‘golden hour’ vliegen we de laatste klimmetjes omhoog. Euforisch fietsen we te midden van anders wielrenners die bezig zijn met hun dagelijkse rondje met een onwerkelijk gevoel richting onze vrienden en familie die ons staan op te wachten bij ons startpunt, de Waalbrug in Nijmegen.

617,94 km, 23:46 uur en 656 hoogtemeters. Nooit gedacht dat we onze lichaam en geest zover konden pushen. Na een welverdiende warme maaltijd en een klein koud pilsje, genieten we nog altijd van deze fantastische en bijzondere tocht. Zo’n ervaring neemt niemand je meer af.

DagtochtenFietsenReisverhalenTheBike.nlWielrennen

Delen op socials

Over de auteur van dit artikel

1 reactie. Reactie plaatsen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Dit is een verplicht veld
Dit is een verplicht veld
Geef een geldig e-mailadres op.