De Pyrénées-Orientales, het Franse departement dat grenst aan de Spaanse grens. Een gebied dat zowel de zee als de bergen in zich heeft, met de mythische berg Canigou als bijzondere bedevaart plek voor Catalanen. Wij trokken met de elektrische mountainbike door deze streek en vertellen je er alles over. We delen ook 2 op maat gemaakte routes door onze gids Cathy.
Pyrénées-Orientales heeft het allemaal
Zon, zee en bergen, Pyrénées-Orientales heeft het allemaal. De meeste vakantiegangers strijken neer in het oosten, waar de Middelandse Zee tegen de kade klotst. Daar waar je je handdoek uit kunt gooien om bij te bruinen. Een enkeling bezoekt de binnenlanden voor de historische stadjes of voor lange wandeltochten. Weinigen wagen zich op de fiets door de bergen. Gelukkig maar, want het geeft je een vrij gevoel.
Vernet-Les-Bains als uitvalsbasis
Op slechts 45 minuten rijden van Perpignan ligt het bergdorpje Vernet-Les-Bains. Deze plaats ligt relatief dichtbij de ‘Canigou’ en is dan ook een populaire stop voor wandelaars die de omgeving willen ontdekken. Het is een rustige plek met een klein centrum en een kuuroord om te helen. Voor even voel ik me een jonge god tussen alle grijze bolletjes. De locatie van dit slaperige dorpje maakt het uitermate geschikt om als basecamp te dienen. Voor ons geen rust en reinheid tijdens deze trip, wij fietsen de bergen op.
Fietsroute 1: via Canal de Bohère naar het zonnige Eus
De eerste route die we delen is er een van uitersten. Via brede asfaltwegen duiken we de koelte in langs de Canal de Bohère. Meanderend langs het irrigatiekanaaltje gaan we op weg naar het zonovergoten Eus. Een plek waar je op een heldere dag uitzicht hebt op de Canigou. De tocht is in totaal ongeveer 60km lang, dus een lekkere lunch bij Le Clan is wel op z’n plaats.
Fietsen langs de Canal de Bohère
Het Canal de Bohère is een irrigatiekanaal dat is aangelegd om de lokale dorpen en akkers van water te voorzien. Het kanaal loopt van Serdinya, boven Villefranche de Conflent, en eindigt bij het meer van Vinça. In totaal is het water 42 km lang en redelijk vlak. Op een zomerse dag is dit een heerlijke verkoelende rit omdat je veel beschutting hebt van bomen en de koelte van het water. Onderweg heb je mooie doorkijkjes naar een prachtig uitzicht over de vallei.
Obstakels overwinnen
De tocht is niet zonder gevaren. Nou ja, gevaren. Soms ligt er een boom op je pad of moet je een bruggetje oversteken. Onderweg kom je dan ook met name wandelaars tegen. Maar het zijn kleine obstakels als deze die de route interessant maken. Laat je dus zeker niet tegenhouden en houd rekening met andere padgebruikers.
Eus, het meest zonnige dorp van Frankrijk
Wij fietsen niet door naar het meer van Vinça, het einde van de Canal de Bohère, maar slaan af richting Eus. Niet zonder reden want dit plaatsje behoort tot een van de mooiste dorpjes van Frankrijk. Of zoals de Franse zo mooi zeggen ‘Les Plus Beaux Villages de France’. Wanneer je in het dorp fietst merk je meteen waarom. De kleine, steile straatjes met karakteristieke huisjes lijken wel een decor van een filmset. Het is logisch dat veel kunstenaars in de omgeving neerstrijken. Bovenaan het dorp prijkt een eeuwenoude kerk die uitzicht geeft over de Vallei van Conflent. Parkeer je fiets en neem de trap omhoog want het uitzicht is om te watertanden.
Lunchen in Eus doe je bij Le Clan
Naast een van de mooiste dorpen van Frankrijk is Eus ook een van de zonnigste dorpen van het land. Met alle hoogtemeters en stijgende temperaturen doe je er verstandig aan om een pitstop in te lassen. Breng wat dat betreft zeker een bezoek aan Le Clan. Hoe historisch het dorp er ook uitziet, de menukaart van Le Clan is bijzonder eigentijds. Tel daar het uitzicht over de Vallei van Conflent bij op en je hoeft de komende uren niet meer weg.
Fietsroute 2: abdijen, machtige bergen en historische steden
De tweede route is er eentje voor redelijk fitte fietsers. Hoewel een e-mountainbike je een flink zetje in de rug geeft, zijn er toch wat steile stukken die je moet trotseren. Ook is er een rotsachtige afdaling waar je je aandacht bij moet houden. Laat dat je niet afschrikken, want het belooft een fantastische rit te worden. Een rit met een bezoekje aan een historische abdij, met een fenomenaal uitzicht over het dal en een bezoek aan het vestingstadje Villefranche-de-Conflent.
Stijgen tot aan Abdij Saint Martin du Canigou
Zorg dat je goed hebt ontbeten want de route start met een bezoek aan Abdij Saint Martin du Canigou. Waarom een goed ontbijt? Omdat de abdij op ongeveer 1.100 meter hoogte is gebouwd. Vanuit het dorp Casteil ligt een steil pad dat je naar boven brengt. Tijdens het klimmen word je getrakteerd op prachtige uitzichten. De wind raast door de bergen maar halverwege sla je een bocht om en ervaar je plots de stilte van een meer bosrijke omgeving. Alsof je het gebied van de gelovigen betreedt.
Fietsen naar Saint Martin du Canigou
Na een goed half uur klimmen zie je eindelijk de contouren van de Abdij Saint Martin du Canigou. Her en der druppelen wandelaars binnen om een bezoek te brengen aan deze historische plek. Het is een kenmerkend beeld voor de regio. Waar je ook fietst, overal tref je hikers die een meerdaagse tocht ondernemen. Samen met een gids kun je een tour door de abdij maken. Het gebouw is nog altijd in gebruik door zusters en monniken van de Gemeenschap der Béatitudes. Vandaag de dag kun je er een heilige mis bijwonen of zelfs een meerdaagse retraite volgen.
360º uitzichten vanaf La Tour de Goa
Voor ons zit een meerdaagse retraite er niet in, al voelen de dagen fietsen in de Pyrénées-Orientales soms als mediatie. Dat blijkt eens te meer wanneer we onze tocht vervolgen. We fietsen richting de Col de Jou van waaruit we over een redelijk rotsachtig deel weer een nieuw hoogtepunt bereiken: La Tour de Goa. Letterlijk een hoogtepunt. De top ligt op zo’n 1.200 meter hoogte. Na al dat stijgen is het uitzicht de grootste beloning. Als je goed kijkt zie je zelfs de abdij in de verte liggen.
Aan de voet van de wachttoren kun je bijkomen. Haal je lunch tevoorschijn en sta even stil bij het idee dat deze toren is gebouwd in de 13e/14e eeuw. Dat mensen steen voor steen hebben gestapeld om een beschut uitzicht te creëren waarin je beter zicht hebt op de vijand en signalen kunt geven naar andere torens. Besef je dan dat tijden van vrede nog altijd geen gegeven zijn.
Een heerlijke afdaling als beloning
Wat omhoog gaat, moet ook weer naar beneden. Vanuit La Tour de Goa kun je een uitdagende Single Track nemen. Wij kiezen echter voor een breder pad, eenzelfde stukje terug om vervolgens af te dalen richting Villefranche-de-Conflent. Cathy, onze gids, geeft aan dat je in deze regio vaak twee opties hebt: óf heel uitdagend, óf toegankelijk. Er zit meestal niets tussenin.
Fietsen naar Villefranche-de-Conflent
Het dorp Villefranche-de-Conflent is toch wel een van de meest toeristische trekpleisters in deze regio. Door de verstevigde muur om het centrum, heeft het dorp zijn middeleeuwse karakter behouden. Breng hoe dan ook een bezoek aan het Fort Liberia, dat iets boven de stad is gevestigd. Een fort dat is ontworpen door de 17e-eeuwse Franse fortenbouwer Vauban. Binnen de vesting heb je een scala aan restaurantjes, barretjes en winkels. Prima om er een paar uur doorheen te struinen. Je kunt zelfs een tour door de muur volgen.
Fietsen met een gids in Pyrénées-Orientales
Natuurlijk hebben we de routes gedeeld en kun je op eigen houtje vertrekken. Geloof me, beide routes zijn het meer dan waar. Maar mocht je in de omgeving willen fietsen dan raden we je zeker aan om met een gids op pad te gaan. Een gids als Cathy van RandoBikeVallespir kent de omgeving als haar broekzak en kan je een op maat gemaakte route aanbevelen. Met ouderwetse kaarten doet ze haar onderzoek om te zien waar verborgen geitenpaadjes liggen. Bijkomend voordeel is dat ze zowel Nederlands als Frans spreekt.
Reizen naar de Pyrénées-Orientales
Vanuit Nederland gaan er geen directe vluchten naar Perpignan. De dichtstbijzijnde luchthaven voor een vlucht naar deze tropische plaats is Brussel-Charleroi. Wel vliegt RyanAir vanuit Nederland naar Barcelona (Girona). Vanaf het vliegveld is het iets meer dan 1,5 rijden naar Vernet-Les-Bains.
Wie het klimaat lief is, neemt de trein. Dat hebben wij in ieder geval gedaan. Vanuit Amsterdam pak je de Thalys naar Parijs (Gare du Nord). Dat kost je iets meer dan 3 uur. Van dat station is het een metrotocht van 10 minuten naar Parijs Gare de Lyon om van daaruit route te vervolgen naar Perpignan. Zonder overtappen meegerekend ben je vanuit Nederland ongeveer 8 uur onderweg. Dat lijkt lang maar in de trein kun je ontspannen met ‘in-train entertainment’ of zelfs nog even werken. Er is ook een restaurantcoupé voor als je trek hebt.
Overnachten in Vernet-Les-Bains
Tijdens onze reis verblijven wij in Hôtel Princess. Een hotel waar de bediening het vak van gastvrijheid nog verstaat. Engels spreken ze nauwelijks maar je voelt je meer dan welkom. Een goed bed, fijne badkamer en een goed ontbijt en diner. Meer heb je niet nodig als je vooral outdoors leeft. En toeval of niet, in het hotel werkt Aurélie Boudet. Onder de naam Velok Advanture zij vanuit het dorp elektrische mountainbikes. Zij zorgt ervoor dat de fietsen in de ochtend voor het hotel staan zodat je na het ontbijt meteen door kunt.
Fietsen in de Pyrénées-Orientales
De Pyrénées-Orientales heeft geen glitter en glamour. Het is rauw en eenvoud siert er de mens. Precies zoals het moet zijn. Zonder afleiding heb je alle tijd om te genieten van de prachtige uitzichten en de karakteristieke dorpjes. Vlakke wegen zijn er nauwelijks dus wie van klimmen en dalen houdt, kan zich hier dagenlang vermaken. De ideale bestemming voor de fietser die op ontdekking wil gaan.
